Er is iets in ons dat wil dat alles goedkoop moet zijn. Het bedrijfsleven speelt gretig op onze wensen in. De maak-industrie en de voedingsindustrie bestoken ons dagelijks met hun boodschappen om meer te kopen, maar wel goedkoop. Als je al die kortingsacties ziet, vraag je je af waarom diezelfde producten eerst duur waren. We hebben tegenstrijdige belangen. Het verlangen naar goedkoop, betekent dat aan het begin van elke productielijn een meisje in bijv. Bangladesh jurkjes in elkaar naait voor pakweg 1-2 euro per dag. Tegenstrijdig met het verlangen dat we iedereen een dak boven het hoofd gunnen, voldoende te eten en werk.
We staan aan de vooravond met enorme veranderingen t.a.v. klimaat, voedsel en wijze van productie. Een mentale omslag is nodig. Er komt een beweging op gang om cyclisch te produceren (geen restafval meer, alles hergebruiken) zodat grondstoffen beschikbaar blijven. We willen van het plastic af. Er is een groep mensen die veel meer bereid is met elkaar te delen: auto, gereedschap, tuinen etc. De weggooimaatschappij wil deze groep inruilen voor een samenleving waarin we alles gaan hergebruiken (repaircafe’s). Het tempo waarmee de politiek handelt moet fors omhoog. Maar er is ook optimisme als je alle positieve activiteiten bij elkaar optelt. Om mensen mee te laten doen aan deze veranderingen, is niet alleen informatie van belang, maar ook een evenwichtig inkomensbeleid. Zodat de lasten van deze veranderingen, eerlijk worden verdeeld. Iedereen behoort mee te doen, maar dan zal de politiek, ook lokaal, de voorwaarden moeten scheppen dat dit ook werkelijk gaat lukken.